Filipijnse kruipers
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- Fi·li·pijn·se krui·pers
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van Filipijnse en kruipers
- Filipijnse kruiper zn met de uitgang -s
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Filipijnse kruipers | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Filipijnse kruipers mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord Filipijnse kruiper
- meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Rhabdornithidae een voormalige familie van vogels uit de orde zangvogels. De familie telde 3 soorten met bruin verenkleed en een lichtere onderzijde. Ze hebben een forse snavel en hun staart is afgeknot en veel minder stijf. Ze nestelen waarschijnlijk in boomholtes. De lichaamslengte bedraagt 15 cm
Hyperoniemen
- [2] zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Gangbaarheid
- Het woord 'Filipijnse kruipers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 19
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Frase in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Zangvogels in het Nederlands
- Vogels in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal