-ke
Uiterlijk
Huidig bestand |
---|
15 |
- erfwoord via Middelnederlands -eken / -ekin / -ekijn van Oudnederlands -kin [1] etymologiebank.nl
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | -ke | -kes |
verkleinwoord |
-ke o
- ter vorming van verkleinvormen
- komt voor in Zuid-Nederland, Groningen en België[2]
- komt voor als affectief en literair taalgebruik[3]
- komt voor als roepnaam en vleinaam, vaker bij meisjes dan jongens[4]
- in verband met de uitspraak kan hier voor de varianten -eke en -ske gekozen worden.[5] In combinatie met tussenklank -e- of tussen-s dus.
- Dien → Dineke
- Wiet → Wietske
- Het woord '-ke' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Algemene Nederlandse Spraakkunst - 12.3.1.4.ii.2 De achtervoegsels -ke (en varianten) en -ie
- ↑ Algemene Nederlandse Spraakkunst - 12.3.1.4.ii.2 De achtervoegsels -ke (en varianten) en -ie
- ↑ De Nederlandse Voornamenbank - Achtervoegsel
- ↑ Wikipedia - Vormen van verkleinwoord in het Nederlands