être en baguenaude
Frans
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van être, en en baguenaude
Werkwoord
être en baguenaude
- (spreektaal) flaneren, een wandelingetje maken, kuieren
- «Voici quelques photos de Martine et Loulou en baguenaude à Bangkok.»
- Hier zie je een paar foto’s van Martine en Loulou aan de wandel in Bangkok. [1]
- «Voici quelques photos de Martine et Loulou en baguenaude à Bangkok.»