vogntog

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • vogn·tog
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Noorse woorden vogn en tog
Naar frequentie > 50000
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vogntog     vogntoget     vogntog     vogntoga
vogntogene  
genitief   vogntogs     vogntogets     vogntogs     vogntogas
vogntogenes  

Zelfstandig naamwoord

vogntog o

  1. (verkeer) ecocombi, road train, truck
    «Politi måtte rykke ut for å hjelpe et dansk vogntog som sperret den fylkesvei 714.»
    De politie moest een Deense ecomobil helpen die de provincie weg 714 geblokkeerd had.
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • vogn·tog
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Nynorske woorden vogn en tog
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vogntog     vogntoget     vogntog     vogntoga  

Zelfstandig naamwoord

vogntog o

  1. (verkeer) ecocombi, road train
  2. (verkeer) colonne, konvooi
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen