roter

Uit WikiWoordenboek

Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • ro·ter

Bijvoeglijk naamwoord

roter

  1. enkelvoud overtreffende trap van rot
Schrijfwijzen

Bijvoeglijk naamwoord

roter

  1. onbepaald (zonder lidwoord) nominatief mannelijk enkelvoud van rot

roter

  1. onbepaald (zonder lidwoord) genitief vrouwelijk enkelvoud van rot

roter

  1. onbepaald (zonder lidwoord) datief vrouwelijk enkelvoud van rot

roter

  1. onbepaald (zonder lidwoord) genitief mannelijk meervoud van rot

Bijvoeglijk naamwoord

roter

  1. onbepaald nominatief mannelijk enkelvoud van rot


Frans

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

roter

  1. ergatief (spreektaal) boeren [2]

Verwijzingen