nachtspiegel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: nachtspiegel (hulp, bestand)
- IPA: / ˈnɑxtspiɣəl / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- nacht·spie·gel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nachtspiegel | nachtspiegels |
verkleinwoord | nachtspiegeltje | nachtspiegeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de nachtspiegel m
- (huishouden) pot waar men 's nachts zijn behoefte in kan doen
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord nachtspiegel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nachtspiegel" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ nachtspiegel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Huishouden in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 94 %
- Prevalentie Vlaanderen 93 %