Schticher
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- Schti·cher
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
---|---|---|---|---|
nominatief | en Schticher | der Schticher | Schticher | die Schticher |
datief | me Schticher | em Schticher | Schticher | de Schticher |
accusatief | en Schticher | der Schticher | Schticher | die Schticher |
Zelfstandig naamwoord
Schticher, m
- (zoötomie) angel, stekel
- «Die Hannschlang, so es gsaat waar, hot en vergifdete Hann odder Schticher uff ihre Schwanz.»
- Van de hoornslang wordt gezegd dat hij een vergiftigde hoorn of stekel op zijn staart heeft.
- «Die Hannschlang, so es gsaat waar, hot en vergifdete Hann odder Schticher uff ihre Schwanz.»
- (plantkunde) doorn
- (techniek) prikkel (bijv. als deel van het woord prikkeldraad)
-
[1]: En Dier mit Schticher
Een dier (schorpioen) met stekel
Opmerkingen
Categorieën:
- Woorden in het Pennsylvania-Duits
- Woorden in het Pennsylvania-Duits van lengte 9
- Woorden in het Pennsylvania-Duits met audioweergave
- Woorden in het Pennsylvania-Duits met IPA-weergave
- Pennsylvania-Duitse woorden naar herkomst uit het Duits
- Zelfstandig naamwoord in het Pennsylvania-Duits
- Zoötomie in het Pennsylvania-Duits
- Plantkunde in het Pennsylvania-Duits
- Techniek in het Pennsylvania-Duits