zwalp

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Zwalp (2) is nr 5 in deze sluisdoorsnede
Uitspraak
Woordafbreking
  • zwalp
enkelvoud meervoud
naamwoord zwalp zwalpen
verkleinwoord zwalpje zwalpjes

Zelfstandig naamwoord

de zwalpm

  1. overslaande golf, golvende hoeveelheid water
    • Plotseling was er die zwalp en waren we kleddernat. 
  2. (waterbeheer) zware (houten) balk in een sluisvloer om deze te beschermen tegen tegen opdrukken
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
zwalpen

zwalp

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwalpen
    • Ik zwalp. 
  2. gebiedende wijs van zwalpen
    • Zwalp! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwalpen
    • Zwalp je? 

Gangbaarheid

13 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be