zloty
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zlo·ty
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Pools, in de betekenis van ‘munteenheid van Polen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1832 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zloty | zloty's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (financieel) (eigenlijk Poolse zloty), munteenheid van Polen
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord zloty staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zloty" herkend door:
55 % | van de Nederlanders; |
49 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "zloty" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be