zitpositie
Uiterlijk
- Geluid: zitpositie (hulp, bestand)
- zit·po·si·tie
- samenstelling van zitten ww en positie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zitpositie | zitposities |
verkleinwoord |
de zitpositie v
- de plaats waar men zit; de houding waarin men zit
- ▸ Ook het interieur is doeltreffend: sommige knoppen zijn wat klein maar ze zitten op logische plekken, de afleesbaarheid van de schermen is goed en de zitpositie (2,8 centimeter lager dan in de vorige Corsa) bevalt goed.[1]
- ▸ Daarbij is het gemakkelijk om een fijne zitpositie te vinden in Mercedes’ nieuwste model. De stoelen staan wat hoger dan in bijvoorbeeld een A-Klasse, maar je hebt niet het gevoel ‘op de bok’ te zitten.[2]
- Het woord zitpositie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Roland Tameling“Geen risico’s: zo speelt Opel op safe met de nieuwe Corsa” (21-11-2019), Tubantia
- ↑ Weblink bron Remco Slump“‘Compacte’ Mercedes-Benz GLB is helemaal zo compact niet” (27-11-2019), Tubantia