zeezicht
Uiterlijk
- zee·zicht
- samenstelling van zee en zicht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeezicht | zeezichten |
verkleinwoord | zeezichtje | zeezichtjes |
het zeezicht o
- een uitzicht op zee.
- Het appartement werd gekocht vanwege het zeezicht.
- Het woord zeezicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zeezicht" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be