zedenhond
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ze·den·hond
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zeden zn en hond zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zedenhond | zedenhonden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de zedenhond m
- politiehond die gespecialiseerd is in het vinden van spermasporen zoals soms nodig is bij het oplossen van zedenzaken
- ▸ Op aanwijzing van de jongen werden plekken die hij aanwees onderzocht met een zedenhond. Op die plekken werd DNA-materiaal gevonden dat het verhaal van de jongen bevestigde. Ook bleek de ondernemer ruim 1100 gesprekken met de jongen van zijn telefoon gewist te hebben.[1]
Synoniemen
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord zedenhond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Erik Jan Jansen“Ontucht met 12-jarige ‘werknemer’: Enschedese ondernemer alsnog jaren de cel in” (17-11-2022), Tubantia