Naar inhoud springen

zaagden uit

Uit WikiWoordenboek
Versie door MarcoSwart (overleg | bijdragen) op 25 feb 2017 om 19:12 (top: nieuw lemma uit bestand Kvdrgeus aangevuld met ipa, etym met AWB)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • zaag·den uit
vervoeging van
uitzagen

zaagden (…) uit

  1. meervoud verleden tijd van uitzagen
    • Wij zaagden uit. 
    • Jullie zaagden uit. 
    • Zij zaagden uit.