Naar inhoud springen

wreedheid

Uit WikiWoordenboek
  • wreed·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord wreedheid wreedheden
verkleinwoord - -

dewreedheidv

  1. nietsontziendheid in het aandoen van leed aan anderen
    • De invallers gingen met grote wreedheid om met de overrompelde plaatselijke bevolking. 
    • Impulsiviteit, wreedheid en bruut machtsvertoon zijn het nieuwe normaal. Waar voorheen autocratische regimes in de periferie van de wereldpolitiek lippendienst bewezen aan de geloofsartikelen van de liberale democratie, die door het Westen werd uitgedragen, daar zijn de rollen nu omgedraaid.[1] 
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]