wraakzucht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wraakzucht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wraak·zucht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wraak en zucht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wraakzucht | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- sterke behoefte aan vergelding wegens een echt of vermeend onrecht dat iemand is aangedaan
- Hij heeft de minnaar van zijn vrouw uit wraakzucht vermoord.
- Een gauwdief gaat aan een vroom en eerlijk man vragen om met hem een deal te sluiten, maar hij krijgt een negatief antwoord. Dan gaat die gemenerd, louter uit spijt en wraakzucht, alle gelegenheden na om die goede man leed te berokkenen. [1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord wraakzucht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "wraakzucht" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Reformatorisch Dagblad Simon Oomius 17-06-2016 Satans verdachtmaking
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be