wolvengehuil
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wol·ven·ge·huil
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wolvengehuil | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het wolvengehuil o
- het jankende geluid dat wolven maken
- Tijdens volle maan was er veel wolvengehuil te horen.