werklustig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  werklustig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• werk·lus·tig

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van werklust met het achtervoegsel -ig

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	werklustig	werklustiger	werklustigst
verbogen	werklustige	werklustigere	werklustigste
partitief	werklustigs	werklustigers	-

Bijvoeglijk naamwoord

werklustig

1. een grote neiging hebbend om te werken, graag werkend

   • Verveling is een belangrijke motor in Adams’ leven. Zijn grote werklust komt voort uit angst voor verveling, zegt hij. Behalve zestien albums, leverde die angst inmiddels twee dichtbundels op, en maakte hij eigen versies van andermans albums op: in 2002 nam hij Is This It?, van de destijds populaire New Yorkse band The Strokes, liedje voor liedje op, en in 2015 deed hij hetzelfde met het succesalbum 1989, van Taylor Swift.  

Synoniemen

• arbeidzaam, ijverig

Antoniemen

• lui

Gangbaarheid

• Het woord werklustig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "werklustig" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.