werkloosheidsprobleem

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • werk·loos·heids·pro·bleem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord werkloosheidsprobleem werkloosheidsproblemen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het werkloosheidsprobleemo

  1. het vraagstuk van (langdurig) geen betaald werk hebben
    • Tussen de nieuwbouw aan de oever en de woonwijken zit een gapend gat. Scheerder: 'De bedrijven die zich nieuw vestigen in Noord, nemen hun oude personeel gewoon mee. Op korte termijn gaan zij het werkloosheidsprobleem niet verhelpen.'[1] 
    • et doel is nu om de voorwaarden te creëren voor economische groei en het grote werkloosheidsprobleem aan te pakken, teneinde het financiële systeem te stabiliseren', aldus de president Nicos Anastasiades in een vraaggesprek. 'De beperkingen worden medio januari 2014 opgeheven.'[2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen