waterpomp

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wa·ter·pomp
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord waterpomp waterpompen
verkleinwoord waterpompje waterpompjes

Zelfstandig naamwoord

de waterpompv / m

  1. werktuig om water te verplaatsen (veelal op te pompen).
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be