waaiden binnen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • waai·den bin·nen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
binnenwaaien

waaiden (...) binnen

  1. meervoud verleden tijd van binnenwaaien
    • Wij waaiden binnen. 
    • Jullie waaiden binnen. 
    • Zij waaiden binnen. 

Gangbaarheid