Naar inhoud springen

vulgus

Uit WikiWoordenboek
  • vul·gus
enkelvoud meervoud
naamwoord vulgus -
verkleinwoord - -

hetvulguso

  1. gemeen volk, gepeupel, grauw
46 %van de Nederlanders;
51 %van de Vlamingen.[3]
  • IPA: /ˈu̯ul.ɡus/
  1. vulgus, het gewone volk