voegt aan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voegt aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanvoegen

voegt (...) aan

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvoegen
    • Jij voegt aan. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvoegen
    • Hij voegt aan. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanvoegen
    • Voegt aan! 

Gangbaarheid