vliegt om
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vliegt om
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
omvliegen |
vliegt (…) om
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omvliegen
- Jij vliegt om.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omvliegen
- Hij vliegt om.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van omvliegen
- Vliegt om!
Gangbaarheid
- Het woord vliegt om staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.