vetpolster

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vet·pol·ster
enkelvoud meervoud
naamwoord vetpolster vetpolsters
verkleinwoord
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de vetpolsterm

  1. (fysiologie) ronding of bolling van het lichaam door onderhuids vetweefsel
     Omdat het voetje nog uit kraakbeen bestaat en er in de regel een flink vetpolster onder de voetzool aanwezig is, zijn buigzame schoentjes aan te bevelen.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 22 februari 2022 Weblink bron Voethygiëne in het belang van de volksgezondheid : Let vooral op de kleintjes! in: de Vrije Zeeuw, jrg. 21 nr. 6393 (13 maart 1965), p. 5 kol. 5/6