verloving
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·lo·ving
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van verloven met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verloving | verlovingen |
verkleinwoord | verlovinkje | verlovinkjes |
Zelfstandig naamwoord
de verloving v
- het verloven
- De verloving geschiedde op het gemeentehuis.
- het verloofd zijn
- Zij hadden een verloving in de drie jaar voorafgaand aan het huwelijk.
Gangbaarheid
- Het woord verloving staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "verloving" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be