verlangeloos
Uiterlijk
- ver·lan·ge·loos
- Naamwoord van handeling van verlangen met het achtervoegsel -loos met het invoegsel -e-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | verlangeloos | verlangelozer | verlangeloost |
verbogen | verlangeloze | verlangelozere | verlangelooste |
partitief | verlangeloos | verlangelozers | - |
verlangeloos
- zonder te verlangen
- Nadat onze grootste wens vervult is zijn we maar eventjes verlangeloos, want daarna hebben we weer een nieuw verlangen.
- Het woord 'verlangeloos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.