veilinglokaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vei·ling·lo·kaal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van veiling zn en hal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veilinglokaal | veilinglokalen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (handel) ruimte waarin zaken bij opbod worden verkocht
- ▸ Vorig jaar vochten de twee gefortuneerde Chinezen elkaar het veilinglokaal uit met torenhoge biedingen. De twee dreven de prijs van één duif, genaamd Armando, toen op tot 1,2 miljoen euro. Xing Wei won en Guo Weicheng kan revanche nemen door dit keer het hoogste te bieden.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'veilinglokaal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Ton Voermans“Duif van 1,3 miljoen euro heeft eigen bewakers” (14-11-2020), Tubantia