Naar inhoud springen

uitgeprocedeerd

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 7 apr 2018 om 09:57
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·ge·pro·ce·deerd
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen uitgeprocedeerd
verbogen uitgeprocedeerde
partitief uitgeprocedeerds

Bijvoeglijk naamwoord

uitgeprocedeerd

  1. van wie alle mogelijke rechtszaken afgewikkeld, afgehandeld zijn
    • De uitgeprocedeerde asielzoeker vreesde voor uitzetting. 

Gangbaarheid