tijdgenote

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tijd·ge·no·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tijdgenote tijdgenotes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tijdgenotev

  1. vrouw die in dezelfde tijd leeft of heeft geleefd
     Kunstverein geeft ook boeken uit, vooral publicaties die anders niet tot stand zouden komen, zoals een boek met alle vindbare informatie over Marlow Moss, een tijdgenote van Mondriaan. En het tijdschrift Ginger & Piss is het verenigingsblad van Kunstverein. In het magazine mogen telkens vijf mensen onder pseudoniem eindelijk eerlijk zeggen wat ze van de kunstwereld vinden.[1]
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 13 oktober 2022 Weblink bron
    Lorianne van Gelder
    “Kunstverein geeft kunst de aandacht die het verdient” (29 juli 2014), Het Parool