stroomt binnen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stroomt bin·nen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
binnenstromen

stroomt binnen

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenstromen
    • Jij stroomt binnen. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenstromen
    • Hij stroomt binnen. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van binnenstromen
    • Stroomt binnen! 


Gangbaarheid