stratus

Nederlands

stratus

Uitspraak

• Geluid:  stratus    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• stra·tus

Woordherkomst en -opbouw

• uit het Latijn

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	stratus	stratussen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de stratus m

1. (meteorologie) laaghangende bewolking

Hyponiemen

• stratus nebulosus, stratus fractus

Vertalingen

    1. laaghangende bewolking   

Engels: stratus (en)

Gangbaarheid

• Het woord stratus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stratus" herkend door:

56 %	van de Nederlanders;
61 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.