sprongen binnen
Uiterlijk
- spron·gen bin·nen
vervoeging van |
---|
binnenspringen |
sprongen (...) binnen
- meervoud verleden tijd van binnenspringen
- Wij sprongen binnen.
- Jullie sprongen binnen.
- Zij sprongen binnen.
- Wij sprongen binnen.
- Het woord sprongen binnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.