spoorwegmaatschappij
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spoor·weg·maat·schap·pij
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spoorweg en maatschappij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spoorwegmaatschappij | spoorwegmaatschappijen |
verkleinwoord | spoorwegmaatschappijtje | spoorwegmaatschappijtjes |
Zelfstandig naamwoord
de spoorwegmaatschappij v
- een maatschappij die een spoorweg gebruikt voor vervoersdoeleinden
- Die spoorwegmaatschappij is laatst failliet gegaan door torenhoge schulden.
- ▸ De aflossingen van de huisleningen werden direct van het loon afgehaald, omdat de bank — om precies te zijn Stockholms Enskilda Bank de eigenaar was van de Spoorwegmaatschappij.[1]
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord spoorwegmaatschappij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044625691