spitsvogels
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: spitsvogels (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- spits·vo·gels
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spits en vogels zn
- spitsvogel zn met de uitgang -s
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spitsvogels | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de spitsvogels mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord spitsvogel
- meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Artamus een onderfamilie van de familie Artamidae van de orde zangvogels. De onderfamilie telt één geslacht, Artamus, met 11 soorten. De naam Artamus is afgeleid van het Oudgriekse ἄρταμος (artamos, slager) omdat ze leken op klauwieren, die ook genoemd zijn naar slager of beul in het Latijn
Hyperoniemen
- [2] zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- [2] bismarckspitsvogel, blauwvleugelspitsvogel, fijispitsvogel, grijze spitsvogel, grote spitsvogel, maskerspitsvogel, roetspitsvogel, wenkbrauwspitsvogel, witborstspitsvogel, witrugspitsvogel, zwartteugelspitsvogel
Gangbaarheid
- Het woord 'spitsvogels' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Zangvogels in het Nederlands
- Vogels in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal