serenade
Uiterlijk
- se·re·na·de
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘muzikale hulde’ voor het eerst aangetroffen in 1665 [1]
- uit het Italiaans [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | serenade | serenades |
verkleinwoord |
- (muziek) een muzikaal eerbetoon meestal voor een geliefde en meestal 's-avonds gebracht
- De oud-burgemeester van Hof van Twente werd verder op de bijeenkomst onder meer getrakteerd op een serenade van muziekvereniging Apollo uit Goor. [4]
- Slagwerker Bart komt naast ons staan. Ik vraag naar carnaval, naar de serenade die de voltallige St. Joep hier in het oefenlokaal van Phil kwam brengen. Gehoord van pr-man Frank, volgens wie het een zinderend spektakel was 'omdat het nogal wat emoties met zich meebracht'. Bart knikt. 'De hele ruimte stond vol. Hadden we opeens honderd man hier binnen. Jawel, toen had ik de tranen in mijn ogen, dat was echt sjiek.' [5]
- Het woord serenade staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "serenade" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[6] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "serenade" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ serenade op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Ron Hemmink 03-november-2017
- ↑ Volkskrant Stephanie Hoogenberk 5 mei 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be