schildvoetige
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schildvoetige (hulp, bestand)
- IPA: / sxɪltˈfutəɣə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- schild·voe·ti·ge
Woordherkomst en -opbouw
- terugvorming uit schildvoetigen zn zonder de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schildvoetige | schildvoetigen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de schildvoetige m
- (dierkunde) benaming voor zeedieren uit de klasse Caudofoveata
- ▸ Behalve slakken en tweekleppigen, is er een zogenoemde schildvoetige in de Nederlandse Noordzee opgedregd – een enkele centimeters lang en slechts een paar millimeter dun wezen zonder schelp, dat er als een worm uitziet en zich in het zeezand als een worm ingraaft, maar dat met 131 andere schildvoetigen een aparte weekdierklasse vormt.[1]
Verwante begrippen
- zie de categorie Weekdieren in het Nederlands
Gangbaarheid
- Het woord 'schildvoetige' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Koos Dijksterhuis“In zestien jaar tijd tellen onze wateren maar liefst veertig soorten schelpen” (16 oktober 2020) op trouw.nl