schikte aan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • schik·te aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanschikken

schikte aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanschikken
    • Ik schikte aan. 
    • Jij schikte aan. 
    • Hij, zij, het schikte aan. 


Gangbaarheid