rollercoaster

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  rollercoaster    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈrolərkostər / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• rol·ler·coas·ter

Woordherkomst en -opbouw

• van Engels rollercoaster "achtbaan", figuurlijk gebruikt

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	rollercoaster	rollercoasters
verkleinwoord	rollercoastertje	rollercoastertjes

Zelfstandig naamwoord

de rollercoaster m

1. heftige gevoelsbeweging tussen tegengestelde emoties

Gangbaarheid

• Het woord rollercoaster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Engels

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈɹoʊlɚˌkoʊstɚ/

enkelvoud	meervoud
rollercoaster	rollercoasters

Zelfstandig naamwoord

rollercoaster

1. achtbaan
2. (figuurlijk) rollercoaster, heftige gevoelsbeweging tussen tegengestelde emoties

Schrijfwijzen

• roller-coaster
• roller coaster

Overerving en ontlening

• Nederlands: rollercoaster