riooldeksel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: riooldeksel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ri·ool·dek·sel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van riool zn en deksel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | riooldeksel | riooldeksels |
verkleinwoord | riooldekseltje | riooldekseltjes |
Zelfstandig naamwoord
- deksel op een rioolput (vaak in de straat gelegen)
Gangbaarheid
- Het woord 'riooldeksel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.