regenpluim
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: regenpluim (hulp, bestand)
Woordafbreking
- re·gen·pluim
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van regen zn en pluim zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | regenpluim | regenpluimen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- slierten regen
- ▸ Aan de westkant van de stad dreven regenpluimen over het Havelmeer, als rook.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'regenpluim' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ “Vaderland” (2012), Cargo, ISBN 9789023472483