reageert weg

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·a·geert weg
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
wegreageren

reageert (...) weg

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegreageren
    • Jij reageert weg. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegreageren
    • Hij reageert weg. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van wegreageren
    • Reageert weg! 

Gangbaarheid