ragout
Uiterlijk
- ra·gout
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gerecht’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1699 [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | ragout | ragouts |
| verkleinwoord | ragoutje | ragoutjes |
de ragout m
- (voeding) een gerecht dat bestaat uit stukjes gesneden vlees, gevogelte of vis in saus.
- Als voorgerecht maak ik een ragoutje van champignons.
- Het woord ragout staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ragout" herkend door:
| 91 % | van de Nederlanders; |
| 88 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "ragout" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Voeding in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 91 %
- Prevalentie Vlaanderen 88 %