quarantainer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- qua·ran·tai·ner
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van quarantaine zn en container zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | quarantainer | quarantainers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de quarantainer m
- container waarin men iemand die in quarantaine zit veilig kan ontmoeten
- ▸ Met de Quarantainer wordt de mogelijkheid gecreëerd voor risicogroepen en patiënten om alsnog af te kunnen spreken met hun dierbaren, zonder dat ze met elkaar in aanraking komen. Een praatje of spelletje met opa en oma, bezoek en support van familie en vrienden en afscheid nemen van dierbaren in de laatste fasen van het leven: de Quarantainer maakt dit mogelijk en zorgt voor verbinding in pandemie-crisistijden.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'quarantainer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “De Quarantainer”