procurar
Uiterlijk
bezorgen, verschaffen, zorgen voor
- pro·cu·rar
procurar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
procurar |
procuraba |
procurado |
volledig |
- overgankelijk bezorgen, verschaffen, zorgen voor
- trachten, proberen, zijn best doen
- procurar in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española