plakselpot
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: plakselpot (hulp, bestand)
Woordafbreking
- plak·sel·pot
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van plaksel en pot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plakselpot | plakselpotten |
verkleinwoord | plakselpotje | plakselpotjes |
Zelfstandig naamwoord
het plakselpot o
- Pot waarin plasel (lijm) zit.
Gangbaarheid
- Het woord 'plakselpot' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.