openhouden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • open·hou·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
openhouden
hield open
opengehouden
klasse 7 volledig

Werkwoord

openhouden

  1. zorgen dat iets open blijft
    • Hij hield de deur open voor de oude vrouw. 
Uitdrukkingen en gezegden
  • de ogen openhouden
wakker blijven
  • de ogen niet meer kunnen openhouden
heel moe zijn
  • Al had hij zelf wel een geweldige slaap gekregen. Hij kon zijn ogen bijna niet meer openhouden.[1]

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Herzen, Frank
    De zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 54
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be