ontplooiingskans
Uiterlijk
- ont·plooi·ings·kans
- samenstelling van ontplooiing en kans met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ontplooiingskans | ontplooiingskansen |
verkleinwoord | ontplooiingskansje | ontplooiingskansjes |
- ontwikkelingskansen, de mogelijkheid om tot volle wasdom komen, de mogelijkheid om te zichbaar te maken wat in potentie al aanwizig is.
- Hij kreeg in zijn nieuwe baan veel ontplooiingskans om uit te groeien tot een kundig en ervaren chirurg.
- Lang niet alle kinderen in de derde wereld krijgen de ontplooiingskans die ze wel verdienen.
- Het woord ontplooiingskans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.