ontkenningsfase

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·ken·nings·fa·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ontkenningsfase ontkenningsfases
ontkenningsfasen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de ontkenningsfasev

  1. (psychologie) de periode die soms na het ontvangen van slecht nieuws voorkomt waarin iemand zegt dat het onvangen bericht niet waar is
    • Na het horen van zijn zeer slechte cijfer verkeerde de student een week lang in de ontkenningsfase, maar na het krijgen van het bindendstudieadvies wist hij dat hij geen dokter zou kunnen worden. 
    • De patiënt verkeerde nog in de ontkenningsfase na het horen van vreselijke diagnose. 

Gangbaarheid