onrealistisch
Uiterlijk
- on·re·a·lis·tisch
- afleiding van realistisch met het voorvoegsel on-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | onrealistisch | onrealistischer | |
verbogen | onrealistische | onrealistischere | |
partitief | onrealistisch | onrealistischers | - |
onrealistisch [1]
- geen betrekking hebbend op de werkelijkheid, abstract
- Een onrealistisch schilderij.
- onmogelijk
- Overigens stelt het college zich met de voorgenomen halvering voor een enorme en misschien wel onrealistische opgave.[2]
- Het woord onrealistisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "onrealistisch" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ College van b&w: halvering aantal woonboten Diepenring, woonschepencomite-groningen.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be