onevenwichtigheid
- on·even·wich·tig·heid
- afgeleid van onevenwichtig met het achtervoegsel -heid
- afgeleid van evenwichtigheid met het voorvoegsel on-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | onevenwichtigheid | onevenwichtigheden |
verkleinwoord | - | - |
- het onevenwichtig zijn
- Wel wordt duidelijker zichtbaar dat landen met weinig macro-economische onevenwichtigheden en een effectieve economische beleidsmix het beter doen dan landen met grote onevenwichtigheden en autoriteiten die hun beleid niet kunnen of willen aanpassen aan de nieuwe uitdagende omgeving. Turkije is bij die laatste groep natuurlijk het opkomende land dat het eerst te binnen schiet. [2]
- Het woord onevenwichtigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.